FSSC-eisen aan microbiologische omgevingsmonitoring

Omgevingsmonitoring is bedoeld om de effectiviteit van de hygiëne in productieruimten te controleren en informatie te geven om mogelijke microbiële besmetting van voedselproducten te voorkomen. Het document beschrijft potentiële risico’s in open productgebieden die kunnen leiden tot microbiologische (kruis-) besmetting van producten. Dit kan leiden tot klachten bij consumenten en, indien de voedselveiligheid in het geding is, ook tot ziekte of zelfs incidenten met dodelijke afloop. Denk bijvoorbeeld aan de zalm, die via poreuze schalen in de productie besmet raakte met Salmonella waardoor er dodelijke slachtoffers te betreuren waren.

Organisaties moeten een team samenstellen – over het algemeen het bestaande HACCP-team – dat een risicoanalyse uitvoert op de punten genoemd in het betreffende document. Denk bijvoorbeeld aan de verschillende zones binnen een productieruimte. Daarnaast is het belangrijk om geschikte methode(n) te definiëren, waaronder het type monsters, bemonsteringstechnieken, bemonsteringslocaties, -frequenties en testmethoden.

Er zijn meerdere methoden, de afbeelding van dip-slides hiernaast is slechts een voorbeeld.

Het FSSC 22000 document benadrukt dat een risico gebaseerde benadering essentieel is voor het definiëren van het microbiologische omgevingsmonitoringsprogramma. Deze risico gebaseerde benadering impliceert ook dat indien de risico’s laag zijn, het programma ook beperkt kan blijven. Denk bijvoorbeeld aan droge kruidenierswaren of sausen die door pH, wateractiviteit (aw) en/of conserveermiddel niet kunnen bederven.

Als laatste wordt het belang benadrukt van het regelmatig herzien van dit monitoringsprogramma, om de effectiviteit en geschiktheid ervan te waarborgen. Consistente negatieve resultaten kunnen bijvoorbeeld wijzen op fout-negatieve resultaten, wat kan worden veroorzaakt door onjuiste testmethoden of bemonsteringstechnieken. Daarom is het belangrijk om het programma te herzien wanneer over een langere periode alleen maar negatieve resultaten worden verkregen.

In conclusie, omgevingsmonitoring is een essentieel onderdeel van voedselveiligheid. Het FSSC 22000 document biedt uitgebreide richtlijnen voor het implementeren van een effectief microbiologisch omgevingsmonitoringsprogramma, dat organisaties helpt bij het waarborgen van de veiligheid van hun voedselproducten en het voorkomen van microbiële besmetting.